Anderlecht en Genk namen het in de openingsfase heel voorzichtig op. Het voetbal van beide teams was doordrenkt van de angst om fouten te maken. Ito en Bongonda probeerden het baken te veranderen met een persoonlijke actie, maar op die manier was het onmogelijk.
Het was niet verrassend dat het topschutter Onuachu was die de betovering verbrak. Muñoz omzeilde de buitenspelval en veegde een voorzet langs Miazga naar de verre paal, waar Onuachu de bal op een vreemde manier in het doel kneep. Een halve poespas of een geniale inspiratie, dat zal de Nigeriaan zelf moeten uitleggen.
Zoet trok Anderlecht het laken dichterbij, ook omdat Genk dieper in elkaar zakte. Ait El Hadj sprong van dichtbij een kans op het dak van het doel en botste later op een uitstekende redding van Vandevoordt. Tussendoor golfde het spel verder, met een gehaaste knal van Onuachu nadat Sambi de bal had verloren.
